Contact
Microbiologisch onderzoek petrischaaltje

STEC-uitbraken in België: wat de voedingsindustrie moet weten

De recente STEC-uitbraken in Belgische woonzorgcentra, met tientallen zieken en meerdere overlijdens, tonen pijnlijk aan hoe kwetsbaar onze voedselketen nog steeds is. Voor producenten, grootkeukens en zorginstellingen is dit geen ver-van-mijn-bed show, maar een keiharde waarschuwing: bescherming tegen Shigatoxine-producerende Escherichia coli, kortweg STEC, vereist een consequente aanpak door de hele keten heen, van boerderij tot bord.

Wat maakt STEC zo gevaarlijk?

STEC zijn E. coli-stammen die shigatoxines produceren. Een infectie varieert, van milde diarree tot bloederige diarree. In sommige gevallen ontstaat een ernstige complicatie: het hemolytisch uremisch syndroom, beter bekend als HUS. Dit syndroom treft vooral jonge kinderen en ouderen en wordt gekenmerkt door de combinatie van bloedarmoede, een tekort aan bloedplaatjes en acuut nierfalen. De sterfte ligt tegenwoordig laag dankzij intensieve medische zorg. Toch houdt een aanzienlijk deel van de patiënten blijvende nierproblemen of problemen omwille van hoge bloeddruk.

Hoe ontstaat HUS?

De ziekte ontstaat wanneer iemand besmet voedsel of water consumeert waarin STEC aanwezig is. De bacterie nestelt zich in de darm, produceert toxines die in de bloedbaan terechtkomen en daar vooral de bloedvaten in de nieren beschadigen. Daardoor ontstaan kleine bloedklonters die zowel bloedarmoede veroorzaken als nierweefsel aantasten. De eerste klachten verschijnen meestal vijf tot tien dagen na een diarree-episode en evolueren naar symptomen zoals verminderde urineproductie, bleekheid, blauwe plekken, zwellingen en in ernstige gevallen zelfs neurologische verschijnselen.

Recente Belgische uitbraken

Eind augustus en begin september 2025 werden in Vlaanderen bewoners van minstens zes woonzorgcentra besmet met STEC. Daarbij vielen verschillende dodelijke slachtoffers. Ook in Brussel en Wallonië werden gevallen bevestigd. Onderzoek door FAVV, Sciensano en het Departement Zorg loopt nog. Er wordt gekeken naar onvoldoende verhitte vleesproducten, kruisbesmetting in grootkeukens en mogelijk ook rauwmelkse zuivel of verse groenten die in contact kwamen met besmet water of mest als besmettingsbron.

De cijfers liegen niet

  • In 2023 telde Europa meer dan 10.000 STEC-infecties – het hoogste aantal ooit.

  • België registreerde datzelfde jaar 14 uitbraken met 48 zieken, tegenover 5 uitbraken in 2022.

  • Bij jonge kinderen jonger dan vijf is HUS bijzonder frequent: tot 4,5 gevallen per 100.000.

  • Wereldwijd worden jaarlijks bijna drie miljoen infecties en duizenden HUS-gevallen toegeschreven aan STEC.

Waarom de bron vaak moeilijk te vinden is

Het vaststellen van de exacte bron van een STEC-uitbraak is een complex proces. De incubatietijd bedraagt vaak bijna een week. Wanneer patiënten uiteindelijk medische hulp zoeken, zijn de verdachte producten vaak al uit de rekken verdwenen, simpelweg omdat hun houdbaarheid korter is. Bovendien eten mensen in korte tijd een breed scala aan voedingsmiddelen, wat het moeilijk maakt om in kaart te brengen welk product verantwoordelijk is. De distributie van voedingsmiddelen is vaak complex. Een enkele besmette partij kan zich dan ook over tientallen locaties hebben verspreid. Daar komt bij dat STEC niet één bacterie is, maar een verzamelnaam voor vele varianten. Enkel door uitgebreide moleculaire technieken zoals whole genome sequencing kan men patiënten met dezelfde stam aan elkaar koppelen. Deze combinatie van factoren verklaart waarom onderzoeken vaak weken duren en soms helemaal geen definitieve bron kan opleveren.

Microbiologisch onderzoek petrischaaltje

Meer uitbraken in de zomer, toeval of niet?

De piek van voedselinfecties in de zomer is geen toeval. Hogere temperaturen zorgen ervoor dat bacteriën zich veel sneller vermenigvuldigen. Tegelijk eten mensen vaker buiten of op evenementen, waar koelketens minder strikt zijn en vlees soms onvoldoende wordt doorbakken. De vakantieperiode brengt bovendien meer internationale reizen met zich mee en dus ook blootstelling aan andere voedselketens. Dieren scheiden in de zomer meer STEC uit via hun mest, waardoor de druk in slacht- en productieketens stijgt. Ook de oogstperiode van groenten en fruit speelt mee, want irrigatie met besmet oppervlaktewater verhoogt het risico op contaminatie.

Hygiëne op de boerderij

Runderen vormen een natuurlijke reservoir van STEC. Zelf worden ze doorgaans niet ziek, maar scheiden de bacterie wel uit via hun mest. Hoe intens dat gebeurt, hangt samen met factoren zoals voeding, leeftijd, seizoen en bedrijfsvoering. Boeren kunnen de besmettingsdruk aanzienlijk verlagen door een strikte stalhygiëne toe te passen: het snel en correct verwijderen van mest, het schoonhouden van ligplaatsen, een hygiënisch drink- en voederbeheer en het beperken van contact met andere kuddes. Deze maatregelen verkleinen de kans dat dieren en uiteindelijk karkassen besmet raken. Volledig uitsluiten is echter onmogelijk. Verderop in de keten is het cruciaal om het risico op STEC voortdurend in het vizier te houden en passende beheersmaatregelen strikt toe te passen.

Farm-to-fork-aanpak voor de voedingsindustrie

Een keten-brede aanpak is noodzakelijk. Voedingsbedrijven doen er goed aan risicogrondstoffen zoals rundvlees, rauwmelkse zuivel en bladgroenten kritisch te screenen. Binnen het productieproces moeten STEC-risico’s expliciet in de gevarenanalyse opgenomen worden, met aandacht voor kritische stappen zoals slacht, vleesverwerking en verhitting.

Het bereiken van een kerntemperatuur van minstens zeventig graden gedurende twee minuten blijft de gouden standaard om STEC te inactiveren Laat je niet misleiden: het feit dat een product later in het proces nog wordt verhit, betekent geenszins dat maatregelen eerder in de keten minder belangrijk zijn. De combinatie van tijd en temperatuur is gebaseerd op een gemiddelde besmettingsgraad met STEC. Wanneer de bacterieconcentratie vóór de verhitting te hoog oploopt, kan zelfs een correcte verhitting onvoldoende zijn en blijft het risico op voedselinfecties bestaan. Daarbij gaat het om kerntemperatuur en -tijd, niet om de theoretische procesinstellingen. Hoe snel warmte doordringt tot de kern verschilt sterk per product, waardoor aannames gevaarlijk zijn. Alleen een grondige en onderbouwde in-line procesvalidatie kan aantonen dat de toegepaste stappen in de praktijk écht veilig zijn. Zonder die zekerheid loop je het risico dat jouw producten een bedreiging vormen in plaats van een garantie op kwaliteit.

Tip: Onze experts van Normec Foodlab en Foodcontrol bieden op maat gemaakte en praktijkgerichte oplossingen voor het uitvoeren van effectieve proces validaties: theoretische modellen worden getoetst met surrogaatorganismen en je bedrijfsspecifieke omstandigheden, zodat duidelijk wordt of verhittingsstappen ook onder reële omstandigheden effectief zijn. Dankzij de flexibiliteit van het laboratorium kunnen zelfs analysecondities, zoals temperatuur, afgestemd worden op de unieke noden van jouw proces.

Net zo belangrijk is het strikt scheiden van rauwe en kant- en-klare producten en het voorkomen van kruisbesmetting door middel van personeels- en materiaalhygiëne. Ook in de groenteketen speelt waterkwaliteit een cruciale rol.

Tip: Meer weten over waterkwaliteit? Download de whitepaper over Duurzaam waterbeheer.

Duidelijke communicatie

Heldere communicatie naar consument en de cateraar is cruciaal. Bereidingsinstructies moeten ondubbelzinnig aangeven dat risicovolle levensmiddelen zoals gehaktproducten volledig doorbakken moeten worden. Voor rauw geconsumeerde producten, zoals tartaar of carpaccio, is gerichte risicocommunicatie noodzakelijk en waar mogelijk moeten alternatieven of procesaanpassingen overwogen worden. Monitoring en traceerbaarheid maken het geheel compleet: alleen met een snelle en efficiënte terugroepactie, kan de schade bij een uitbraak beperkt blijven.

Geaccrediteerde analyses spelen een cruciale rol in de preventie van STEC. Ze garanderen dat de onderzoeksresultaten betrouwbaar, reproduceerbaar en volgens internationale kwaliteitsstandaarden uitgevoerd worden. Dit is essentieel om risico’s in de voedselketen tijdig te identificeren en te beheersen. Normec Foodcontrol nam hierin een voortrekkersrol: het was het eerste laboratorium in België dat officieel geaccrediteerd werd voor STEC-analyses en bevestigt zo zijn toonaangevende positie in voedselveiligheid en kwaliteitsborging.

Tip: Met een degelijk monitoringplan waarborg je de voedselveiligheid en verifieer je dat jouw producten voldoen aan de voedselveiligheidsnormen. Neem contact op onze experts voor geaccrediteerde STEC-analyses die betrouwbare resultaten garanderen.

Microscoop lab

Extra aandacht voor zorginstellingen

De huidige uitbraken tonen dat grootkeukens en woonzorgcentra extra waakzaam moeten zijn. Daar verblijven de meest kwetsbare groepen, die een veel groter risico lopen op ernstige ziekte. Een strikte controle van kook- en koelketens, een consequente scheiding van rauw en bereid voedsel en een nauwkeurige traceerbaarheid tot op portieniveau zijn geen luxe maar een noodzaak.

Tip: Hygiëne- en GMP/GHP-inspecties in grootkeukens geven zekerheid dat de genomen maatregelen dagelijks correct worden uitgevoerd. Een externe blik, zoals de audits en inspecties van Normec Foodcare, helpt potentiële problemen vroegtijdig te signaleren en te voorkomen.

Conclusie

STEC blijft een zoönotisch risico dat niet volledig uit de voedselketen te bannen is. De recente Belgische uitbraken onderstrepen hoe snel een besmetting ernstige gevolgen kan hebben, zeker in zorginstellingen. Alleen een farm-to-fork-benadering, waarin elke schakel van de keten zijn verantwoordelijkheid neemt, kan de kans op nieuwe incidenten verlagen. Voor de voedingsindustrie betekent dit dat voortdurende alertheid, procesdiscipline en heldere communicatie essentieel zijn om consumenten en patiënten te beschermen.

Hulp nodig met het uitvoeren van STEC-analyses?

Onze specialisten helpen je graag.
Neem contact op

Toonaangevende bedrijven in deze dienstverlening